De functionele esthetiek van ‘Kōgei’
Het connaisseurschap en de kunsthistoriografie van Japanse toegepaste kunst in de vroege jaren van de twintigste eeuw
Dit onderzoeksproject verkent de esthetiek en de kunsthistoriografie van Japanse toegepaste kunst in het begin van de 20e eeuw door onderzoek te doen naar de ermee gepaard gaande intellectuele uitwisseling, het verzamelen van kunst en installatiepraktijken.
Over het project
Dit project onderzoekt de geschiedenis van Japanse toegepaste kunst in Nederland, Duitsland en Japan, en hoe deze zich heeft ontwikkeld en conceptuele transformaties heeft ondergaan onder invloed van materiƫle uitwisselingen en culturele, politieke en esthetische ontmoetingen en onderhandelingen in het begin van de 20e eeuw. Er zal bijzondere aandacht worden besteed aan Japanse keramiek, waaronder theegoed en porselein, om de wisselwerking te onderzoeken tussen functionaliteit, nut, historische waarde en het moderne esthetische concept van schoonheid bij de verspreiding van kennis via verschillende media en instanties.
Doel van het project
Dit project maakt deel uit van een uitgebreider onderzoek naar de kunsthistorische praktijk van de Duits-Amerikaanse curator Karl With (1891-1980). Zijn unieke visie op het functionalisme in de kunst hield een humanistische benadering van kunst in de breedste zin van het woord in, met inbegrip van de manifestatie van de scheppende kracht van de mensheid in alle uithoeken van de wereld door de eeuwen heen. Hij legde zijn opvattingen vast in de vorm van het geschreven woord en de museale installatie. De betrokkenheid van Karl With bij Europese en niet-Europese toegepaste kunst was belangrijk en bepalend voor de totstandkoming van zijn functionele benadering. Dit onderzoek wil zijn denkprocessen verhelderen en ze begrijpen in de historische context van de kunstgeschiedschrijving.
Researchers
Marie Yasunaga
m.yasunaga@rijksmuseum.nl
Mellon Fellow
Menno Fitski
Head Asian Department Rijksmuseum
Research Advisor
PARTNERS EN SPONSORS
Dit fellowship wordt mogelijk gemaakt door de Andrew W. Mellon Foundation, en is onderdeel van het Fellowshipprogramma van het Rijksmuseum.